Maand: december 2018

Recreatief schaatsen en skeeleren

Schaatsen is uitgevonden, omdat mensen zich over natuurijs wilden verplaatsen. Tegenwoordig gaan mensen schaatsen voor hun plezier of als sport. Als er in de winter natuurijs is, wordt dit door

veel gezinnen bezocht. Het gebeurd echter steeds minder vaak dat het hard genoeg vriest om een veilige ijsbaan te hebben. Er zijn overdekte kunstijsbanen waar het hele jaar door geschaatst kan worden. Toch lijkt een schaatsbaan in de buitenlucht veel meer recreatie schaatsers te trekken. Veel gemeentes maken daarom een ijsbaan op een plein zodat er toch buiten geschaatst kan worden. Vooral voor kinderen is dit een gezellig uitje, waarbij er vaak muziek en kraampjes met warme chocolamelk aanwezig zijn.

Als zomerse variant van de schaats is de skeeler uitgevonden waarbij de ijzers vervangen zijn door wieltjes. Op deze manier konden topsporters in de zomer trainen voor de schaatswedstrijden.

Vandaag de dag zie je vooral veel kinderen en jongeren gebruik maken van skeelers op straat, maar er zijn ook skeelerclubs waar fanatiek geskeelerd wordt.

Wanneer je nieuwe schoenen koopt, is het belangrijk om de juiste maat te hebben zodat je geen last van je voeten of rug krijgt. Bij schaatsen en skeelers is dit minstens zo belangrijk. Hierbij dient ook rekening te worden gehouden met de steun die de schaats en skeeler aan de enkels geeft. De enkels hebben gevoelige drukpunten, wat dit deel van de schaats en skeeler belangrijk maakt. Om lekker te kunnen bewegen, moet het goed aansluiten maar zeker niet te strak zitten. Het is raadzaam om skeelers en schaatsen te passen voordat je ze koopt. Een gewone schoen wordt vaak nog wat uitgelopen, maar een schaats en skeeler moeten direct goed zitten. Om deze rede zijn de schaatsen en skeelers veelal gemaakt van materialen die door warmte vervormd kunnen worden waarna deze precies aansluit op de vorm van de voet en enkel.

Er zijn verschillende soorten schaatsen die gebruikt worden voor verschillende doeleinden:

  • Kinderen die net leren schaatsen doen dat over het algemeen op schaatsen met dubbele ijzers zodat ze minder snel omvallen.
  • Kunstschaatsen zijn geschikt om korte afstanden mee te schaatsen en te dansen op het ijs. De schaats is ontworpen voor de soepelheid van de bewegingen. Op de punt zitten tanden
  • die
    bedoeld zijn voor het landen bij het maken van sprongen.
  • Bij ijshockeyschaatsen is flexibiliteit en snelheid van essentieel belang, daarom zijn de ijzers van deze schaatsen rond en hol geslepen waar nodig. Daarnaast moet de schaats stoten kunnen opvangen. De hoge schoen is gemaakt van dik en stevig materiaal ter bescherming van de voet en enkel. IJshockeyschaatsen worden vooral door mannen gedragen en hebben over het algemeen een stoere uitstraling.
  • Noren zijn in het bijzonder geschikt voor toertochten. Typerend voor noren zijn de lange ijzers. Noren zijn verkrijgbaar in lage en hoge modellen. De hoge modellen zijn geschikt voor ervaren schaatsers die een snelheid maken waarbij hun enkels in bochten het ijs raakt. De lagere Noor ligt stabieler op het ijs en derhalve meer passend voor onervaren schaatsers.

De geschiedenis van de schaats – deel 1

Glissen

De allereerste schaats was weliswaar een zeer primitieve schaats, de glis genaamd. Hierbij werden geslepen dierenbotten onder de voeten gebonden, en op deze manier gleed men over het ijs.

Een glis werd voorzien van gaten en werden met palingvellen of pezen bevestig aan de voeten.

De schaatstechniek zoals we die nu kennen kon hiermee nog niet worden uitgevoerd, dus men gebruikte stokken met punten eraan om zichzelf voort te bewegen. Ook werd wel eens gebruik gemaakt van de wind om vooruit te komen.

Dit allereerste en primitieve type schaats, zijn op vele plekken in Europa opgegraven. De oudst bekende schaats stamt uit het verre verleden, en is zo’n 4000 jaar oud. Ze is gevonden in de omgeving van Bern gelegen in Zwitserland.

Op een houtsnede van Johannes Brugmans genaamd Lidwina’s val” is het eerste duidelijke beeld van een schaatser waar te nemen.

Middeleeuwen

In de middeleeuwen ontwikkelde de primitieve schaats zich tot een stevige constructie met een ijzeren mes. Hierop kon men zich in die tijd zeer snel voortbewegen. Het was wellicht in die tijd een van de snelste manieren van verplaatsing.

Competitie

In vrij rap tempo ontwikkelde de schaats zich door van vervoersmiddel tot recreatief gebruik, met competities als einddoel. De Engelse aardsbisschop Thomas Becket omschreef rond 1180 na Christus bijvoorbeeld al dat twee personen op schaatsen in volle vaart op elkaar afrennen, bij wijze van wedstrijdje.

Cornelis IJnzes van Cubaard is een van de eerst bekende hardrijders. Hij won rond 1800 na Christus de kortebaanwedstrijd gehouden in Sneek. De prijs? Een zilveren tabaksdoos.

Wedstrijden waren in die tijd enkel voorbehouden aan mannen. Pas veel later mochten ook vrouwen meedoen aan de competities.

Friese doorloper

De Friese doorloper is een houten schaats met een ijzer welke doorloopt tot het einde van het houtje dat onder de schoen gebonden wordt. Dit in tegenstelling tot de tot dan toe gangbare schaats, waarbij het ijzer eindigde onder het midden van de hak.

Dit type schaats werd rond 1875 ontwikkeld en was een enorm succes. Lange afstanden waren op de Friese doorloper veel effectiever te schaatsen. Tegenwoordig wordt de Friese doorloper nog steeds veel gebruikt door schaatsers. Echter is dit een moderne variant, uitgevoerd in kunststof.

Carve schaats

In 1879 deed de Carve schaats, ook wel Mount Charles-schaats genoemd, zijn intrede. Deze schaats, bedacht door Captain Dowler, was aan de uiteinden aanzienlijk dikker dan het middenstuk. Het idee hierachter was dat een groter gedeelte van de schaats contact had met het ijs. Dit zou het draagvlak moeten vergroten, en de wrijving kleiner.

Ondanks het voordeel dat met dit type schaats de bochten beter en sneller genomen konden worden, wat voor kunstschaatsen een aanzienlijk voordeel is, werd de Carve schaats geen doorslaand succes.